Op 24 september heeft de minister van Economische Zaken en Klimaat (EZK) in een brief aan de Tweede Kamer zijn keuze bekend gemaakt over het tracé voor de nieuwe hoogspanningsverbinding van Rilland naar Tilburg.
De minister heeft het advies van de samenwerkende overheden grotendeels overgenomen. Daarnaast heeft de minister TenneT gevraagd om voor dit project te onderzoeken welk masttype de beste bijdrage levert aan alle milieuaspecten (zoals natuur, landschap en leefomgeving) in verhouding tot de kosten. Op 25 september 2019 heeft het ministerie van Economische Zaken en Klimaat belanghebbenden in de omgeving over deze keuze en vervolgproces geïnformeerd per brief.
Hieronder is een beschrijving opgenomen van de gekozen varianten in de uitwerkingsgebieden.
Om de leesbaarheid van de kaarten te vergroten, geven we het tracé van Rilland naar Tilburg weer in acht deelkaarten:
Het tracé van variant Bruin loopt vanaf station Rilland naar het oosten en kruist het Spuikanaal en het Schelde-Rijnkanaal met een iets flauwere hoek dan de andere varianten. Het tracé loopt in de richting van de parkeerplaats langs de A58. Vlak hiervoor knikt het tracé in oostelijke richting. Vanaf hier gaat de verbinding in één rechtstand net ten zuiden langs de parkeerplaats naar het opstijgpunt aan de zuidoostzijde van het knooppunt Markiezaat vanwaar de verbinding over meerdere kilometers ondergronds komt te liggen.
Bij variant Groen ligt de nieuwe verbinding in de buisleidingenstraat. Dit is een strook grond die gereserveerd is om kabels en leidingen in te leggen. De kabels worden naast elkaar gelegd in een gegraven sleuf. De sleuf wordt daarna weer dicht gemaakt. Doordat de strook helemaal voorbereid is op kabels en leidingen zijn er geen boringen nodig. Bij de ligging in de buisleidingenstraat wordt bij het zuidwestelijke opstijgpunt uitgegaan van een opstijgpunt ten zuidoosten van knooppunt Markiezaat (opstijgpunt 2). In het volgende uitwerkingsgebied (uitwerkingsgebied 3 Bergen op Zoom) wordt een verlengd kabeltracé inclusief het bijbehorende opstijgpunt onderzocht.
De minister vraagt aan TenneT om samen met de belanghebbenden een verlengd kabeltracé in de buisleidingstraat aansluitend op de Brabantse Wal nader te onderzoeken.
Bij de nadere uitwerking is gebleken dat het tracé in verband met technische beperkingen niet op het tracé van de bestaande 150 kV-hoogspanningslijn kan liggen, maar verder van de buisleidingenstraat gepositioneerd moet worden. Als gevolg hiervan zou grootschalige aantasting van een bestaand bosgebied plaatsvinden. Daarom heeft de minister aan TenneT gevraagd om een verlengd kabeltracé in de buisleidingstraat aansluitend op de Brabantse Wal nader te onderzoeken.
Variant Grijsblauw geeft invulling aan de opgave om zo veel als mogelijk te bundelen met de buisleidingenstraat en nabij Borchwerf zo veel als mogelijk te bundelen met de A17. Variant Grijsblauw bundelt in het eerste gedeelte met de buisleidingenstraat. Ten zuiden van het glastuinbouwbedrijf maakt het tracé een knik naar het noordoosten. Hierbij kruist de verbinding de buisleidingenstraat en passeert het bedrijventerrein Borchwerf II. Vervolgens bundelt het tracé met de A17 tot voorbij Borchwerf II. Het tracé ligt op circa 28 meter van de bedrijven aan Argon. Voor deze variant moet de Dow-leiding worden verlegd. Omdat variant Grijsblauw, ten noorden van Station Roosendaal-Borchwerf de bestaande 150 kV-verbinding twee keer zou kruisen, wordt deze 150 kV-verbinding over een grotere afstand dan in de andere varianten verkabeld.
Deel nieuwe 380 kV-verbinding Borchwerf-Pietseweg: variant Blauw
Variant Blauw is een variant gebundeld met de A17 met zoveel mogelijk rechtstanden. Het tracé van variant Blauw loopt na Borchwerf II in een rechte lijn naar oprit 22 – Oudenbosch van de A17. Vanaf de oprit loopt het tracé met enkele kleine bochten verder noordwaarts naar het tankstation Oud Gastel. Het verschil ten opzichte van variant Geel is dat het tracé Blauw minimaal drie knikken minder bevat, wat voor een landschappelijke inpassing een voordeel is. De verschillen tussen variant Blauw en Geel zijn zeer klein. Variant Blauw staat op circa 40 – 60 meter afstand van de snelweg.
Verplaatsing van een deel van de bestaande 380 kV-verbinding (reconstructies): variant Wit-geel
Variant Wit-geel is ontwikkeld om strakker te bundelen met de bestaande verbinding en om zo veel mogelijk rechtstanden te creëren. Het tracé van variant Wit-geel blijft gebundeld met de buisleidingenstraat en de nieuwe 380 kV-verbinding en loopt daarbij over het terrein van de betoncentrale. Bij de bundeling met de buisleidingenstraat wordt de minimaal vereiste afstand van 55 meter aangehouden. Bij deze variant zijn er twee gevoelige bestemmingen minder dan in het tracé van het voorgenomen tracé.
Deel nieuwe 380 kV-verbinding Pietseweg-Standdaarbuiten: variant Geel
In het tracé van variant Geel ligt de nieuwe 380 kV-verbinding vanaf de Pietseweg op de juiste afstand (55 meter) vanaf de buisleidingenstraat. Ten noorden van de Dintel maakt het tracé een knik richting het noordoosten. Hierbij bundelt het tracé zo veel als mogelijk met de buisleidingenstraat en variant Wit-blauw en Wit-geel van de reconstructie. Na de Sluissedijk sluit het tracé aan op het tracé van het voorgenomen tracé. Dit tracé heeft vier gevoelige bestemmingen minder dan variant Blauw.
Variant Rood komt overeen met het tracé van het voorkeursalternatief. Het tracé loopt in noordoostelijke richting en bundelt op een afstand van circa 100 meter aan de zuidzijde met de bestaande 380 kV-verbinding. Bij Zevenbergschen Hoek kruist het tracé de A16 en de spoorlijn van onder andere de hogesnelheidslijn. Ongeveer 900 meter ten oosten van deze kruising buigt het tracé van variant Rood gebundeld met de bestaande 380 kV-verbinding naar het oosten richting Hooge Zwaluwe.
Variant Donkerblauw lijkt op een andere onderzochte variant. Het onrustige beeld van de scherpe hoeken aan de westzijde van het tracé wordt verminderd door het tracé sterk te verflauwen. Het tracé van variant Donkerblauw heeft aan de westzijde twee flauwe hoeken in plaats van drie scherpe hoeken. De westelijke knik ligt, net zoals bij variant Geel, ten westen van de Zwaluwse Pootweg. De rechtstand van het tracé aan de noordzijde van Hooge Zwaluwe wordt hierdoor korter. Het tracé aan de oostzijde van het dorp wijzigt niet.
Variant Groen maakt ten westen van Amertak een lichte knik waardoor de woning aan de Bergsepolder buiten de indicatieve magneetveldzone komt te liggen. Vervolgens passeert het tracé de Amertak in zuidoostelijke richting. Hierbij zijn verhoogde masten noodzakelijk, zodat voldaan wordt aan de doorvaarthoogte. Mogelijk moeten deze masten vanwege de benodigde hoogte in vakwerk worden uitgevoerd. Het tracé passeert vervolgens het 150 kV-station op een veilige afstand aan de zuidzijde. Vlak voor de Donge knikt het tracé naar het zuiden. Ook bij de kruising van de Donge worden verhoogde masten geplaatst die mogelijk als vakwerk moeten worden uitgevoerd. De masten zijn in deze variant zo geplaatst dat er geen masten in de primaire waterkering komen te staan. Aanlegplaatsen voor brandstoftankers zijn niet toegestaan onder bovengrondse hoogspanningsverbindingen. De bestaande aanlegplaats moet voor het petrochemisch bedrijf aan de Donge worden aangepast, zodat deze aan de eisen voldoet.
Het verschil tussen variant Geel en variant Rood is de afstand waarop het tracé bundelt met de bestaande verbinding. In variant Rood is die afstand circa 145 meter. Variant Geel bundelt op 105 meter afstand van de huidige verbinding. Dit heeft tot gevolg dat de hoekmast bij de westelijke knik in een watergang komt te staan. Deze watergang moet daarom worden aangepast.
Variant Oranje is ontwikkeld om het tracé zo veel mogelijk aan de oostzijde van natuurgebieden te leggen zonder een mastpositie op het golfterrein van de Efteling. Variant Oranje komt aan de noordwestelijke zijde overeen met variant Rood. Het tracé loopt in het noordwesten tussen de Baan en de Paalstraat naar het oosten in de richting van het vlieggebied van de Radio Vliegclub Brabant en de golfbaan van de Efteling. Ten zuidwesten van het vlieggebied knikt het tracé in zuidoostelijke richting tot het de ligging volgt van variant Groen. Het tracé loopt vervolgens in een rechte lijn naar de effluentvijver waar het nieuwe 380 kV-hoogspanningsstation wordt gerealiseerd.
Variant A ligt gedeeltelijk op het noordwestelijke deel van de effluentvijver. De effluentvijver en waterberging moet hiervoor gecompenseerd worden. Deze variant interfereert niet met de vergunde windturbines. Bij aanleg van het station moeten recreatieve (fiets)paden worden omgelegd en er moet natuur worden gecompenseerd.